Actueel

Advies over de Regionale Energie Strategie Zeeland


Om te voldoen aan de doelstellingen van het Klimaatakkoord van Parijs zullen er in Zeeland enkele duizenden werknemers extra nodig zijn. Als gevolg daarvan zal de huidige krapte op de Zeeuwse arbeidsmarkt tot een onaanvaardbaar niveau toenemen. Verwacht wordt ook dat werkzoekenden en werknemers, die door de energietransitie werkloos worden, vaak niet beschikken over de juiste vaardigheden en competenties voor het werk in de energietransitie. SER-Zeeland adviseert dan ook om in de nota Regionale Energie Strategie Zeeland voldoende aandacht te besteden aan de koppeling tussen de energietransitie-agenda en de sociaal-economische agenda: onderwijs en arbeidsmarkt zijn volgens SER-Zeeland medebepalend voor het tempo, voor de betaalbaarheid en voor het draagvlak voor de energietransitie. Overheden, onderwijsinstellingen en de sociale partners zullen meer met elkaar dienen samen te werken en afspraken dienen te maken, zodat onderwijs en arbeidsmarkt geen belemmerde factor voor de energietransitie gaan worden in Zeeland.

 

Dat schrijft SER-Zeeland in een advies over de ontwerp-nota Regionale Strategie Zeeland, die door de Zeeuwse overheden is opgesteld. SER-Zeeland vindt het een goede zaak dat de Provincie Zeeland, de dertien Zeeuwse gemeenten en het Waterschap Scheldestromen een gezamenlijke strategie hebben geformuleerd op het gebied van de energietransitie. De Zeeuwse Regionale Energie Strategie straalt realisme, ambitie, lef en urgentiegevoel uit en geeft aan waar wij als Zeeland in 2030 willen staan op het gebied van duurzame energieopwekking en energiebesparing. De Regionale Energie Strategie besteedt relatief weinig aandacht aan de thema’s onderwijs en arbeidsmarkt, terwijl volgens SER-Zeeland de energietransitie alleen succesvol kan zijn als er voldoende goed gekwalificeerde werknemers beschikbaar zijn om de vereiste maatregelen (zoals het energiearm maken van woningen) uit te voeren.     

 

En zoals de vlag er nu bijhangt, is dat niet vanzelfsprekend. Het werkloosheidspercentage is in Zeeland ongekend laag en het aantal vacatures neemt alleen maar verder toe. Nu al zijn er ongeveer 6.000 openstaande vacatures en door de afname van de Zeeuwse beroepsbevolking, vanwege de vergrijzing, zal dat aantal jaarlijks met circa 1.000 oplopen. Hierbij dienen dan nog de extra arbeidsplaatsen opgeteld te worden om de energietransitie binnen de gestelde termijnen te realiseren. Uit recent onderzoek wordt duidelijk dat hiervoor in Zeeland ongeveer 7.000 werknemers extra nodig zullen zijn. Daarnaast is de verwachting dat er in Zeeland een grote opgave ligt om werkzoekenden en werknemers, die door de energietransitie werkloos (dreigen te) worden, om-, bij- en her te scholen. Ook blijkt uit landelijk onderzoek dat de spanning op de Zeeuwse arbeidsmarkt in de komende jaren als gevolg van de energietransitie meer dan drie keer zo hoog zal zijn dan landelijk het geval is. Het is daarom noodzakelijk dat alle zeilen bijgezet dienen te worden, waarbij een goede samenwerking tussen onderwijs, sociale partners en overheden het verschil kan maken.

 

In haar advies onderscheidt SER-Zeeland een zestal thema’s op het terrein van arbeidsmarkt en scholing, waar “Zeeland” in de komende jaren mee aan de slag moet:

  1. Hoe komen wij aan voldoende geschikte werknemers? Er zijn duizenden extra technische vakkrachten nodig, die nu al heel moeilijk te vinden zijn. Overigens niet alleen op mbo-, maar ook op hbo- en wo-niveau.
  2. Hoe stimuleren wij dat de huidige werknemers mee veranderen met hun werk? Het werk verandert snel, niet alleen door de energietransitie, maar ook door andere transities (bijv. grondstoffentransitie, robotisering en digitalisering, klimaattransitie). Deze transities vragen steeds veranderende vaardigheden en competenties van werknemers.
  3. Hoe kunnen wij bereiken dat iedereen mee blijft doen? Kan de energietransitie extra kansen bieden voor mensen met een afstand naar werk?
  4. Hoe zorgen wij ervoor dat het werk in de nieuwe branches (wettelijk) goed geregeld is?
  5. Hoe bewerkstelligen wij dat Zeeuwse mkb-ondernemers mee (blijven) doen bij de verduurzaming van de Zeeuwse gebouwde omgeving (energiebesparing) en bij de overstap van het gebruik van fossiele brandstoffen naar hernieuwbare energie?
  6. Hoe bereiken wij dat er voldoende draagvlak bij de Zeeuwse bevolking voor de energietransitie aanwezig is en behouden blijft?

 

In haar brief doet SER-Zeeland diverse concrete aanbevelingen om deze thema’s oplossingsgericht aan te pakken.